De karper is een populaire sportvis, en dat is niet gek want het is één van de sterkste en grootste zoetwatervissen in de lage landen. De karper kan je op diverse manieren bevissen, denk aan het vissen met vastlood, met het pennetje of met drijvend aas.
Het vissen met vastlood systemen is een wat passievere manier van vissen, je kiest een stek welke je eventueel aanvoert enkele dagen van tevoren om zo je kans op succes te vergroten. Leuk bij deze manier van vissen is het kampeer aspect, je bent 24/7 in de buitenlucht, slaapt in een tentje en je eten kook je buiten op een brandertje wat eens soort van extra charme geeft aan deze visserij.
Wil je liever actiever vissen dan pak je best een wat lichtere hengel waarmee je op zoek gaat naar actieve vis met het pennetje of met drijvend aas. Deze visserij is erg laagdrempelig omdat je er met een minimale bepakking op uit kan.
In dit blog zal ik enkele technieken en de daarvoor benodigde materialen uitlichten.
VASTLOOD
Vastlood bij het karpervissen is een systeem waarbij het lood direct aan de hoofdlijn is bevestigd en niet kan bewegen.
Het is een techniek die optimaal werkt met zwaar lood, vaak v/a 70 gram of meer, en is geschikt voor verschillende wateromstandigheden.
De vis haakt zichzelf als hij het aas (vaak boilies) opneemt.
Waarom vastlood?
- Zelfhaak effect:
Het zware lood zorgt ervoor dat de karper zichzelf haakt bij het opnemen van het aas - Geschikt voor verschillende bodems:
Vastlood kan op diverse bodemtypen worden gebruikt, maar kan op zachte bodems de aasaanbieding beïnvloeden doordat het lood in de modder zakt, wat weer goed op te vangen is met aangepaste rigs of andere trucs
Wanneer vastlood gebruiken?
- Hardere bodems:
Op zand- of grindbodems werkt vastlood vaak goed, omdat het lood minder snel wegzakt. Bij zachtere bodems is het ook erg goed in te zetten maar dan wél met de nodige aanpassingen aan je rig en/of leader systeem. - Afstandvissen:
Op grotere afstanden is vastlood vissen met zwaar lood een goede optie om de lijn strak te houden en zodoende de beetregistratie te verbeteren, zeker als de lijnen worden uitgevaren met een boot of voerboot. Bij lange afstandsvisserij is een gevlochten lijn aan te raden omdat dit de beetregistratie aanzienlijk verbeterd
Tips voor karpervissen met vastlood
- Loodgewicht:
Begin met een gewicht van 70 gram of meer. Het lood gewicht pas je aan aan de omstandigheden zoals bodemgesteldheid, watertype, te bevissen afstand etc - Voorslag:
Gebruik eventueel een voorslag om de hoofdlijn te beschermen tegen obstakels of scherpe voorwerpen op de bodem, zorg wel dat je een voorslag visveilig toepast. - Bodemgesteldheid:
Probeer de bodemgesteldheid te bepalen om te zien of vastlood de beste optie is. Een prikstok of het laten zakken van het lood kan hierbij helpen. - Aas:
Combineer vastlood met een passend aas, boilies en particles zoals tijgernoten zijn beide erg goed te gebruiken, mede omdat deze behoorlijk witvis bestendig zijn.
Een gemiddelde hengel voor het vissen met vastlood begint bij ca 10ft en heeft een testcurve van 2 a 3 lb. Hier kun je op de meeste wateren prima mee uit de voeten. Moeten er echt afstanden gehaald worden of vis je op stromend water met kribben/steenstort dan pak je best een lange en zwaardere hengel.
Qua molens kan je kiezen voor een zg. baitrunner, tegenwoordig zien we echter ook veel gewone molens gebruikt worden.
De baitunner had als grote voordeel t.o.v. een gewone molen dat er een vrijloop systeem om op zit zodat een gehaakte karper lijn kan nemen tijdens de run. Door een slag aan je slinger te geven schakel je de gevechtsslip in.
De meeste normale molens voor het karper vissen zijn tegenwoordig voorzien van de zg. quickdrag, zo kan je ook zeer snel de gevechtsslip in schakelen door een slag aan de slipknop te draaien.
- Obstakels:
Bij veel obstakels in het water kan vastlood sneller vast komen te zitten tijdens de run of dril van de vis, overweeg dan een ander loodsysteem, sowieso is het erg belangrijk dat je zg visvriendelijke systemen gebruikt, zodat een karper bij lijnbreuk zowel het lood als de hoofdlijn kan kwijtraken. - Zachte bodems:
Op zachte bodems kan vastlood in de modder wegzakken, wat de aasaanbieding kan beïnvloeden. Dit is echter goed op te vangen met bijvoorbeeld een helicoptersysteem waarbij je de onderlijn kan verschuiven op een leadcore leader.
PENVISSEN
Penvissen op karper is een actieve vorm van karpervissen waarbij een dobber (pen) wordt gebruikt om het aas op de bodem te presenteren. Het is een populaire techniek, vooral in de warmere maanden, en vereist niet veel materiaal.
Hoe werkt penvissen op karper?
- Montage:
De dobber wordt met een speldwartel aan de hoofdlijn bevestigd en de diepte wordt ingesteld met een stuitje. - Uitloden:
De dobber wordt zo uitgelood dat deze langzaam zinkt op het onderste loodje en de antenne net boven water uitsteekt wanneer het lood op de bodem ligt. - Aas:
Het aas wordt op de bodem aangeboden, vaak met een korte onderlijn (15-20 cm). - Aanbeet:
Bij een aanbeet zal de dobber op verschillende manieren reageren: hij kan ondergaan, weglopen, of een 'opsteker' geven (omhoogkomen). - Aanslaan:
Bij een duidelijke aanbeet, zoals een weglopende dobber, wordt aangeslagen om de haak te zetten. Een azende karper zal namelijk regelmatig tegen de lijn komen waardoor je denkt aan een aanbeet en de haak wil zetten, waardoor je de karper vals haakt en dat is niet wenselijk. Na de nodige oefening herken je deze lijnzwemmers wel en sla je er niet meer op aan.
Waarom penvissen?
- Actieve visserij:
Penvissen is een erg leuke actieve manier van vissen, waarbij je constant bezig bent met het observeren van het water. Zie je 20 meter verder ineens een bellen plakkaat of een staart boven komen dan kan je vrij snel je aasje laten zakken op deze plek. - Veelzijdigheid:
Het kan op veel verschillende wateren worden toegepast, zoals vijvers, sloten, plassen en kanalen. - Minder materiaal:
Je hebt niet veel materiaal nodig, wat het toegankelijk maakt voor beginnende karpervissers.
Belangrijke aspecten:
De hengel en molen combinbatie. Een “klassieke” penhengel is doorgaans een parabolische hengel en heeft een lengte van ca 12ft a 13 ft met een testcurve van rond de 1,5 lbs.
Een molen in het formaat 3000 tot 4000 volstaat, Shimano heeft enkele zeer mooie modellen voor dit type visserij. Natuurlijk kan je ook hier weer aanpassen naar je eigen visserij, bijvoorbeeld onder bruggen of op krappe stekjes ben je beter af met een kortere hengel in de lengte van bijv 10ft, hetzelfde geld als je vist vanuit zwaar begroeide oevers.
Deze set up is overigens ook erg geschikt voor het vissen met drijvend aas.
- Lijn:
Een soepele nylon lijn met een diameter van 0.22 tot 0.30 mm is geschikt voor het penvissen. Deze pas je aan aan het watertype, is dat bijvoorbeeld ruig begroeid of ben je van plan om tegen brugpijlers aan te vissen dan kies je best een dikkere lijn. - Pennetjes:
Voor het vissen op kleinschaliger stilstaand water volstaan pennetjes van 0,5 tot 1 gram. Is er meer golfslag en/of stroming neem je best wat zwaardere pennetjes - Aas:
Maïs, aardappel, maden, wormen of pellets zijn populaire aassoorten voor penvissen. Deeg is een beetje een vergeten aas soort waar ik zelf erg graag mee vis. Zeker de de paste van sonubaits is een aanrader - Stekken:
Zoek naar plekken waar karpers zich ophouden, zoals onder overhangende takken, in de buurt van lelievelden, waterplanten, bruggen en duikers.
Maak meerdere kleine compacte voerplekjes van te voren (5 a10) welke je één voor één afvist. Doorgaans geef ik een voerstekje ca een half uurtje. Geen activiteit gehad, hop door naar het volgende plekje.
OPPERVLAKTEVISSEN
Oppervlaktevissen op karper, is een spannende en actieve manier om karpers te vangen, waarbij je aas aan de oppervlakte presenteert. Dit doe je vaak met drijvend aas, zoals kattenbrokken, hondenbrokken of brood. Het is een tactiek die vooral in de zomer erg effectief kan zijn.
Waarom oppervlaktevissen?
- Spannend:
Het zien van een karper die je aas van de oppervlakte pakt, is een adrenalinekick. - Actief:
In tegenstelling tot statisch vissen, vereist oppervlaktevissen meer activiteit en observatie. - Effectief:
Vooral in de zomermaanden, wanneer karpers vaak aan het oppervlak of op half water foerageren, kan het een zeer succesvolle methode zijn.
Hoe begin je met oppervlaktevissen?
- Locatie:
Zoek naar plekken waar karpers aan de oppervlakte te vinden zijn, zoals in ondiep water, bij rietkragen, of bij obstakels. - Aas:
Gebruik drijvend aas, zoals brood, kattenbrokken, hondenbrokken, pop-ups, of wafters. - Montage:
Je kunt direct een haak aan de lijn knopen, of gebruikmaken van een controller (een soort dobber die verder werpen mogelijk maakt). - Aaspresentatie:
Zorg ervoor dat je aas zo natuurlijk mogelijk wordt gepresenteerd, en dat de haak zo goed mogelijk wordt verstopt. - Voeren:
Strooi wat los aas in de buurt van je haakaas om de karpers te lokken en vertrouwen te kweken. - Werpen:
Probeer over de vissen te werpen en je aas voorzichtig terug te trekken, zodat je ze niet verstoort. - Wind en stroming:
Houd rekening met wind en stroming bij het voeren en het werpen van je aas.
Tips voor succesvol oppervlaktevissen:
- Wees stil en onopvallend:
Trek geen felgekleurde kleding aan en probeer zo min mogelijk geluid te maken. - Kies het juiste aas:
Gebruik aassoorten die goed drijven zoals brood, kattenbrokken, hondenbrokken etc. - Experimenteer met flavours:
Probeer verschillende dips en flavours om je aas extra aantrekkelijk te maken. - Gebruik de juiste montage:
Zorg ervoor dat je montage betrouwbaar is en je aas niet snel van de haak valt. - Draag een zonnebril:
Een zonnebril met gepolariseerde glazenbeschermt je ogen tegen UV-straling en maakt het mogelijk vissen, voerplekken en obstakels onder water beter te zien. Zo vergroot je niet alleen je comfort maar ook je kans op een succesvolle vangst. - Kweek vertrouwen:
Geef karpers de tijd om je aas te leren kennen, als ze bijvoorbeeld drijvende brokken niet herkennen als aas kan het best een tijdje duren voor je ze er goed op krijgt. Regelmatig voeren in de buurt van vissen die je hebt gelokaliseerd is dan de manier. Vaak zijn de kleinere vissen het meest gretig, geef het de tijd. De kleinere vissen zullen op den duur de grotere vissen mee gaan trekken in hun aas gedrag.
Ook zullen er altijd vissen zijn die niet over gaan tot azen, probeer deze vissen eens aan te vissen met een langzaam zinkend aasje, dat kan een hondenbrok of brodvlok zijn maar ook net zo goed een trosje maden of mestpieren.